Onder de verschillende soorten fruitbomen die in onze tuinen groeien, is er ook de zeer gewaardeerde maar vrij veeleisende walnoot. Wij adviseren u hoe u deze kunt laten groeien.
Walnoot - een grote maar gevoelige boom
In goede stands bereikt de boom een behoorlijke omvang en wordt hij meer dan 25-30 m hoog, maar in Polen wordt hij meestal niet hoger dan 10 m. De boom heeft massieve, vertakte takken en een brede, korte stam. De kroon is dik en groen in het seizoen, omdat hij bestaat uit talrijke, zeer grote, geveerde bladeren, samengesteld uit verschillende kleinere, gladde, glanzende, ovale bladeren.
Check out: Wat zijn de eigenschappen van walnoten en waarom je ze moet eten
Op de scheuten ontwikkelen de bladeren zich vrij laat (april-mei) en bijna parallel met de bloemen (mannelijke bloemen zijn lang hangende katten, terwijl vrouwelijke bloemen klein zijn en een paar verzameld aan het einde van eenjarige scheuten), dus zoals ze vallen vaak ten prooi aan lentevorst. Hoewel de boom in de loop van de tijd regenereert en de verloren bladeren regenereert, krijgt hij in een bepaald seizoen geen nieuwe bloemen en geeft hij in de herfst weinig of geen vruchten.
Dit is natuurlijk niet altijd het geval, want in een warm voorjaar en op een goede warme stand kan een walnoot het moeilijke begin van het seizoen goed doorstaan en in de herfst kan hij veel kleine, ronde vruchten produceren, ingesloten in een harde, bruine schil, bedekt met een dikke, vlezige, groene schil.
Walnootbloemen verschijnen gelijktijdig met de bladeren. Ze zijn erg gevoelig voor vorst.
Plaats en substraat voor de walnoot
Als we echter op hen willen wachten, moeten we de walnoot echt goede groeiomstandigheden bieden, wat niet zo eenvoudig is. Allereerst moet je er een warme, beschutte en zonnige standplaats voor kiezen, omdat de plant een lichtvragende soort is en niet tegen schaduw in de schaduw kan.
Zie ook: Zwarte walnoot en grijze walnoot - concurrenten van walnoot
Naast de hoge eisen die aan de standplaats worden gesteld, heeft de walnoot ook vrij hoge verwachtingen van het substraat, aangezien hij de voorkeur geeft aan goede, diep gecultiveerde, vruchtbare, humusrijke en matig vochtige bodems, die calcium bevatten en een neutrale of alkalische pH hebben. Het is niet de moeite waard om op zware, koude, zure, natte of kale grond te planten, omdat het er niet tegen kan en ziek wordt.
Walnoot is een moeilijke buur voor planten
Omdat de boom groot wordt, moet hij ook voldoende ruimte hebben om zich vrij te kunnen ontwikkelen. Dit is ook belangrijk omdat de noot niet van gezelschap houdt en zijn weefsels gif.webptige juglone bevatten, die de groei en ontwikkeling van andere planten remmen.
Hoewel walnoot het vooral in verse bladeren bevat, die na het vallen en drogen geen grotere bedreiging vormen (de stof vergaat o.a. onder invloed van licht, daardoor kan er gras onder bomen groeien), is het erger als we een boom laten groeien geënt op een zwarte walnootonderstam, die door middel van zijn wortels grote hoeveelheden juglon en andere gif.webpstoffen in de grond afscheidt (er groeit niets in de buurt).
Walnoten planten en snoeien
Walnoot moet ook direct op de plaats van bestemming worden geplant, omdat de plant een uitgebreid, stapelachtig wortelstelsel vormt en geen verplanten verdraagt. Jonge bomen worden meestal in het voorjaar of de vroege herfst geplant. In de eerste jaren na het planten is het de moeite waard om ze tegen de winter te beschermen met vlies- of stromatten, dan moeten ze het zonder bescherming aankunnen.
Noten die in tuinen worden gekweekt, hoeven meestal niet te worden gesnoeid, maar als u dit moet doen, moet u het in de zomer (augustus) doen, omdat in het voorjaar gesneden noten veel sap uit de wonden afgeven, waardoor ze sterk worden verzwakt.
Beter geënte noten dan zaailingen
Walnoten reproduceren gemakkelijk van zaden en zelfs zelfzaad, maar het is niet de moeite waard om ze uit zaailingen te kweken. Op deze manier krijgen we niet alleen grote bomen die niet geschikt zijn voor kleine tuinen, maar zullen we ook 10-12 jaar op hun fruit moeten wachten.
Om deze reden is het beter om geënte variëteiten te kiezen voor de teelt, die snel de vruchtperiode ingaan (al in 2-3 jaar), overvloedig vrucht dragen en kleiner worden. Ze kunnen echter iets vatbaarder zijn voor ziekten dan zaailingen en minder bestand tegen vorst.
Aanbevolen soorten walnoten
We moeten echter niet klagen over het gebrek aan variatie bij de noten, want we kunnen kiezen uit vrij veel variëteiten, bijvoorbeeld "Dodo" en "Resovia" (resistent tegen vorst, gevoelig voor anthracnose), "Targo", "Leopold " en "Broadview" (bestand tegen vorst en niet erg vatbaar voor anthracnose) en vele andere (bijv. "Albi", "Silesia", "Tryumf", "Jacek").